Aantal leden

Aantal vrijwilligers

Wie zijn de scoutinggroep Pieter Maritz?

Wij zijn de Pieter Maritz groep uit Ede, een Christelijke Scoutinggroep op de Veluwe. Onze groep is een jongensgroep en we hebben bijna 100 leden. Een enthousiast leidingteam zorgt ervoor dat we iedere zaterdag allerlei avonturen beleven in en rond ons gebouw op Landgoed Kernhem. Regelmatig hebben we weekendkampen en één keer per jaar gaan we een week op zomerkamp.

Elke speltak doet zijn eigen bijzondere en spannende activiteiten. Natuurlijk kunnen we hele verhalen schrijven over wie we zijn en wat we doen maar het is veel leuker om gewoon wat op de speltak websites rond te kijken. Kijk op de speltakpagina’s voor een korte beschrijving en een link naar hun site.

Geschiedenis

In 2013 verscheen in De Zandloper, het blad van vereniging Oud Ede, een artikel over 100 jaar Scouting in Ede. Je kunt het artikel 100 jaar Scouting – De Zandloper 2013 hier vinden.

Voor de oorlog

In 1907 begin Robert Baden Powell in Engeland met Scouting. Al snel waait dit spel van Verkennen over naar Nederland en in 1910 beginnen op verschillende plekken jongens met Scouting. Al in 1911 wordt er melding gemaakt van de start van de Padvinderij in Ede, onder leiding van dhr. Nauta. In de Eerste Wereldoorlog helpen padvinders met werkzaamheden in het Belgische Vluchtelingenkamp op de Edese Hei. Daarna is het een tijdje stil. In 1930 wordt de Langenberggroep opgericht en een jaar later de Tarcisiusgroep. Tijdens de Wereld Jamboree in 1937 brengen Schotse scouts een bezoek aan Ede. In de Tweede Wereldoorlog wordt de padvinderij door de Duitsers verboden.

De beginjaren van de PM

Na de bevrijding van Ede op 17 april 1945 blijkt dat de padvinderij nog springlevend is. Padvinders verlenen, vaak in incomplete en te krappe uniformen of alleen met een armband “NVP-Ede”, hand en spandiensten. Er willen zoveel jongens lid worden dat er een te kort aan leiding ontstaat. Op zoek naar nieuwe leiding ‘ontdekt’ de Langenberg de heer Van Klaveren. Hij heeft voor de oorlog bij een Christelijke padvinders groep in Utrecht gezeten. Gezien zijn geloofsovertuiging kan hij zich niet bij de Langenberg aansluiten. In overleg met de leiding van de Langenberg besluit hij te proberen in Ede een Christelijke padvindersgroep op te richten. Deze zal dan een deel van de leden van de Langenberg overnemen, zodat daar het leidingprobleem minder nijpend zal worden.
Op 23 februari 1946 om 19.30 uur wordt de nieuwe groep, in een zaaltje van het Leger des Heils aan de Notaris Fischerstraat, door de Districts Commissaris Van Duinhoven en Langenberg hopman Droog geïnstalleerd. De groep wil in eerste instantie ‘Baden Powellgroep’ als naam, maar door het Nationaal Hoofdkwartier wordt dit afgewezen omdat er al zoveel groepen zijn met die naam. Medeoprichter André Gunn heeft tijdens de oorlogsjaren het boek ‘Pieter Marits, lotgevallen van een Transvaalse boerenjongen’ van August Niemann gelezen. Het verhaal speelt eind 1800 en gaat over de jonge Pieter die in Zuid Afrika allerlei avonturen beleefd met de Zulu’s en de Engelsen. Naar aanleiding van dit boek wordt op 14 maart de naam veranderd in Pieter Maritzgroep.

Na het eerste zomerkamp in Otterlo wordt de troep opgesplitst in junioren en senioren. De heer Eygeraam wordt hopman bij de junioren, hopman Van Klaveren gaat verder met de senioren.

In Ede is in 1947 nog een groep ontstaan: de ‘Valouweranders”. Deze groep bestaat uit jongens van het Leger des Heils, en staan onder leiding van hopman Van de Heuvel. Toen bij de Valouweranders het ledental erg klein bleef, en er bij de Pieter Maritz dringend leiding nodig was, besloten beide groepen in 1949 samen verder te gaan. Hopman Van de Heuvel wordt de nieuwe verkennerleider bij de Pieter Maritz.

Een van de eerste clubhuizen

Een van de eerste clubhuizen

Een zwervend bestaan
Het eerste troephuis van de Pieter Maritzgroep is een zolder boven een loods aan de Torenstraat in Ede (vlakbij de oude kerk). De groep bestaat uit welpen onder leiding van Akela Verrijzer en verkenners. In de , kabouters en padvindsters (meisjes!). In 1946 wordt ook de Rohdagroep opgericht, een protestants-christelijke meisjesgroep. Ook zij hebben hun clubhuis in loods. Steeds meer jongens en meisjes willen lid worden van de padvinderij. Ook de Pieter Maritzgroep heeft niet te klagen. Net als veel groepen in Nederland hebben we nog geen vast clubhuis. Door de woningschaarste na de Tweede Wereldoorlog heeft een clubhuis van Scouting geen prioriteit. In de beginjaren worden de opkomsten gehouden aan de Telefoonweg, achter de Cavaljéschool. Begin jaren vijftig kunnen we terecht in het waterleidinggebouw (hier zit nu restaurant ‘het Pomphuis’) aan de Van Heeckerenlaan (toen nog in het bos), daarna op de deel van boer Jansen (waar nu het Marnix College staat). Ook houden we opkomsten in station Ede-Centrum (nu het Museum Oud Ede) en bij gebrek aan een troephuis gewoon in het bos. Het wordt wel tijd voor een eigen troephuis.

1966grootIn 1966 wordt het eerste eigen troephuis wordt gebouwd aan de Doolhoflan.

 

Het gebouw bestaat uit twee lokalen met openhaard en stoeptegels op de vloer, een kleine ruimte voor de leiding en een keukentje met daarboven een kleine opslagruimte. Dit houten gebouw krijgt de naam “de Doolhut”.

Van Padvinderij naar Scouting
In 1973 fuseren de vier padvindersorganisaties in Nederland tot Scouting Nederland. Het uniform wordt aangepast en in de loop der jaren komen er meer veranderingen.Verkenners van 16 en 17 jaar krijgen eigen speltak, de Rowans. Ook wordt bij de Pieter Maritzgroep en stam opgericht. Het houten clubhuis aan de Doolhoflaan is begin jaren ‘80 aan vervanging toe. In verband met uitbreidingsplannen van de begraafplaats kan er niet op de huidige locatie herbouwd worden. Gelukkig kan de groep verderop aan deDoolhoflaan, aan de andere kant van het spoor, een stuk grond kopen. Hierop wordt een nieuw troephuis gebouwd. Dit stenen gebouw wordt op 22 februari 1986, bij de viering van het 40 jarig bestaan van de groep, geopend en krijgt de naam ‘Doolhut II’.

De Wereld Jamboree komt in 1995 voor de tweede maal in de geschiedenis naar Nederland. Tien dagen lang kamperen zo’n 30.000 scouts uit 100 verschillende landen op de bodem van de zee bij Dronten. Veel leden nemen deel aan dit evenement en verschillende leiding is bij de organisatie betrokken.

In 1996 viert de Pieter Maritzgroep dat ze 50 jaar bestaat. Centraal staat het jubileumweekend met daarin een tentoonstelling in huize Kernhem, een audiovisuele avond in de Bospoortmavo, de uitgave van een jubileumboek en een groepszomerkamp in Maarsbergen. Tijdens het jubileumweekendkrijgt Nel Versteeg, uit handen van de burgermeester, de zilveren eremedaille, verbonden aan de Orde van Oranje Nassau uitgereikt. Deze Koninklijke onderscheiding ontvangt zij voor haar 45 jaar inzet voor de Pieter Maritzgroep. Later dit jaar neemt ze afscheid van haar Pieter Maritzgroep.

Al jaren heeft de groep een eigen groepsblad, De Bloedsteen.  In 1993 verschijnt het laatste nummer. Het vertrouwde, maar door de tijd achterhaalde, clubblad wordt vervangen door een geheel nieuw clubblad; ‘De Doolaard’. De formule slaat aan en in 1996, 1997 en 1998 weten we met dit blad tot driemaal toe de landelijke ‘Koning Groepsblad Verkiezingen’ te winnen. Van dit succesblad worden in totaal 34 nummers uitgegeven, het laatste nummer verschijnt in november 1999.

Ons gebouw aan de Doolhoflaan wordt wat aan de kleine kant, met name omdat het door aangescherpte brandweervoorschriften niet mogelijk is om op de zolder met speltakken samen te komen. In 2004 wordt daarom een vleugel aangebouwd. Dit jaar doen we ook mee met Kleurrijk Scouting, een grote manifestatie met alle groepen van Regio Neder Veluwe op Landgoed Hoekelum. Een jaar later vieren we ons 60 jarig bestaan. Voor het eerst gaan we met de hele groep op kamp naar het buitenland en kamperen een week lang in Wiltz, Luxemburg.

Het noodlot slaat toe

Op 12 april 2009 slaat het noodlot toe. Vandalen breken in ons clubhuis in en steken het in brand. Het gebouw moet als verloren beschouwd worden. Al snel worden plannen gemaakt voor nieuwbouw. Hertine Kars maakt voor ons een bijzonder ontwerp en hiermee zijn we aan de slag gegaan. Een Doolhutenthousiaste bouwcommissie heeft zich een jaar lang ingezet om het nieuwe gebouw te realiseren en net als bij de vorige nieuwbouw hebben ook de leden hun steentje bijgedragen aan de bouw. Na een jaar lang op een tijdelijke locatie aan de Lunterseweg gezeten te hebben, is het nieuwe gebouw op 4 september 2010 geopend.